Omboeken
Je kan altijd uitloggen, maar niet je leven op andermans naam zetten.
Categorie: Collega’s
Datum: 4 juli 2023
Anton schrijft op het chatkanaal van zijn team:
Sorry voor alle telefoontjes mensen, maar de schoonzus van een vriend van mij is verdwenen.
Hij zit op kantoor, in een kamer met een stuk of vier, vijf collega’s, maar hij loopt telkens de gang op met zijn telefoon.
Niemand reageert op het bericht. Niet in de chat, niet in de kamer als Anton weer binnenkomt en achter zijn bureau gaat zitten.
Het is vrijdagmiddag. Anton typt: We gaan maandag naar Ibiza, met een groep, hij en ik. Maar mijn vriend blijft nu thuis om zijn broer te ondersteunen. Dus ik probeer zijn vliegtickets en hotelboeking en zo op mijn naam te laten zetten. Dat kan alleen onder kantooruren, en alleen als ik bij de reisorganisaties ook echt een persoon aan de lijn krijg.
Het blijft stil in de kamer. Antons gezicht is verborgen achter de dubbele monitor op zijn bureau, en achter de vergeelde vetplant die in een grote pot midden op het werkplekeiland staat. Even stopt Anton met typen. Hij raapt een afgevallen blaadje op dat naast zijn linker beeldscherm terecht is gekomen en legt het zachtjes op de hydrokorrels in de plantenpot. Dan tikt zijn toetsenbord weer verder.
Als het op mijn naam staat, kan ik dit weekend misschien nog iemand anders uitnodigen. Zou zonde zijn om dat ticket verloren te laten gaan. Het is allemaal betaald door een ouwe maat van ons. Die heeft zijn bedrijf verkocht en geeft z’n geld nu uit aan feesten voor vrienden.
Iemand anders is nu aan het typen, geeft het chatkanaal aan. Maar er verschijnt geen tekst. Misschien wilde een collega vragen of hij dan mee kon gaan met Anton, maar bedacht diegene zich. Of het nou een geintje was of niet, er wordt nog steeds een schoonzus vermist.
Als ik het zelf moest betalen zou ik niet naar Ibiza gaan hoor, geeft Anton toe. Niks voor mij.
Hij kijkt even naar buiten. Zeven verdiepingen lager rijden de meeste auto’s al van de kantoren en de parkeergarages vandaan, naar de oprit van de snelweg.
Ik zou het eigenlijk leuker vinden als die ouwe maat ons gewoon kwam opzoeken in de stamkroeg van vroeger.
Het is inmiddels bijna half vijf. Naast Antons beeldscherm ritselt er iets. De vetplant heeft opnieuw een geel blaadje laten vallen.
Ik hoop wel dat het dit weekend nog goed afloopt met die schoonzus. Dan kan die vriend van me alsnog mee.
Anton wil nog iets schrijven, maar hij komt eerst even half overeind uit zijn bureaustoel om de kamer rond te kunnen kijken. Hij is alleen, ziet hij nu. Iedereen is al naar huis.
Ze was gewoon gaan werken, zijn schoonzus. De hele dag op kantoor, sloot haar computer af, en zei iedereen daar gewoon gedag. Alleen kwam ze niet meer thuis. Ze bleek zomaar een luxe hotel aan de andere kant van het land te hebben geboekt. Maar die kamer was leeg.
Maar goed, we houden alle opties open.
Anton sluit zijn laptop af.



Jouw verhalen zijn altijd zo fijn ontheemd. IJzersterk weer.